Het allerlaatste station van de trein ligt bij Koek

Utrechts Nieuwsblad/N.Z.C., Zaterdag 8 januari 1983
Door Peter van der Maat

Mijdrecht - Met zware klappen hakt de sloopmachine in op de groene trein. Het stalen mes aan het uiteinde van de hydraulische arm doorklieft de carrosserie.
Na krap vijfendertig jaar dag in dag uit vele passagiers te hebben vervoerd, wordt de NS-"bak" bij het Mijdrechtse sloopbedrijf Gebr. Koek BV "kort" gemaakt. Dat is al sinds de laatste oorlog het definitieve eindpunt van het Nederlandse spoormaterieel (Koek is/was niet de enige sloper van NS-materieel: Dotremont, Vereenigde Utrechtse IJzerhandel, Hollandia in Amsterdam en Sideron in Berkel sloopten ook veel NS-materieel, KB).
De firma Koek beleefde aan het einde van de jaren zeventig een hoogtepunt. De treinen die de Nederlandse Spoorwegen na 1945 hadden aangeschaft, waren aan vervanging toe. Voor het schroot dat de sloper van de voertuigen maakte, had Hoogovens in IJmuiden veel belangstelling. Het Mijdrechtse bedrijf ving gemiddeld twintig cent voor een kilo oud-ijzer.
Sinds ruim een jaar is dat anders gesteld. Een kilo doet nog slechts dertien cent. De firma mag haar handen dichtknijpen als de staalfabriek vijftig ton staal per maand wil afnemen. In de goede tijd was de behoefte schier onbeperkt. Gebr. Koek BV leverde toen wel tussen de twee- en driehonderd ton in de maand aan Hoogovens. Het gevolg van de teruglopende vraag: een ijzer berg van 500.000 kilo op de sloopwerf.
Als in die situatie geen verandering optreedt, zal dat beslist tot ontslagen leiden, zo voorspelt directeur Nico Koek (40). Het bedrijf heeft nu veertien man in dienst, "Maar eind vorig jaar heb ik al een man moeten ontslaan, er was geen werk meer voor hem", zegt Koek. "Ik hoop het dit jaar met het huidige bestand te kunnen redden, maar of dat lukt?"
Nico Koek is bepaald niet het type man dat je sloperseigenschappen toedicht. Niet groot, zacht pratend, op hoge toon lachend. "Toch heb ik vroeger ook gesloopt". Dat was twintig jaar geleden, toen hij na een tijdje "achter de balie bij een bank" en de militaire dienst bij zijn vader in het bedrijf kwam werken.

Gebroeders
Het "Gebr." (gebroeders) uit de firmanaam slaat op Koek senior en zijn vier broeders die de zaak aan het eind van de jaren dertig begonnen. In eerste instantie hielden zij zich bezig met het tegen de grond slaan van gebouwen, maar contacten met de Nederlandse Spoorwegen leverden hun geheel ander werk op: de sloop van stoomlocomotieven.

De broers van NicoŽs vader gingen in 1962 hun eigen weg, senior zette het sloopbedrijf onder de oorspronkelijke naam alleen voort. Twaalf jaar terug betrok het bedrijf het oude station van Mijdrecht, dat overigens al lang niet meer zijn oude functie vervulde.
Want het enkelspoor Nieuwersluis - Vinkeveen - Mijdrecht - Uithoorn - Amstelveen (het enige nog bestaande deel van het oude Haarlemmermeer-spoorwegnet dat de snelweg Utrecht -Arnhem ter hoogte van de molen bij Loenen kruist) wordt al sinds 1952 (dit moet 2 september 1950 zijn, KB) alleen nog maar voor goederenvervoer gebruikt. En om de oude treinen bij Gebr. Koek BV te krijgen.

De voornaamste "prooi" van Koek jr, die de bedrijfsleiding na het overlijden van senior in 1976 op zich nam, vormen sinds een paar jaar de afgeschreven groene treinstellen die tussen 1946 en halverwege de jaren vijftig werden gebouwd. De carosserie wordt in stukken gesneden en gaat als "knipgoed" naar de firma Pothuizen in Uithoorn om daar verder te worden verwerkt. De onderstellen worden of in stukken gebrand om op de ijzerberg terecht te komen of gaan terug naar de Spoorwegen, die ze onder nieuwe treinen laten zetten.

Gebouwen
Om niet geheel van de afdankertjes van de spoorwegen afhankelijk te zijn, breekt Gebr. Koek BV elektrische installaties en gebouwen af. In Rotterdam sloopte de firma transformatoren en generatoren van het energiebedrijf, in Amsterdam de Hemwegcentrale en in Nijmegen brak zij eveneens een elektriciteitscentrale af. Een kantoorgebouw in Den Haag is op dit moment het slachtoffer van Koek. Maar de NS is toch de grootste klant.
Gemiddeld sloopt Koek tachtig "bakken" zo worden rijtuigen en de (vier) delen van een treinstel genoemd, per jaar. Wat hij voor het spul betaalt, daarover bewaren zowel Nico Koek als de NS het stilzwijgen. "Het enige wat ik erover kan zeggen is dat het niet zo veel is", zegt de sloper.
Gebr. Koek BV is in staat om per week twee "bakken" te vernietigen. Elke "bak" is goed voor zestien ton "zwaar ijzer", dat van de onderstellen af komt, en achttien ton "knipgoed", dat naar het bedrijf in Uithoorn gaat.

Koek: "Natuurlijk zou ik dat ook het liefst verwerken, maar een installatie daarvoor vergt een investering van een miljoen gulden. En dat is nu niet interessant.".
Een beduidend grote hoeveelheid "zwaar ijzer" leverde de sloop verleden jaar op van de eerste zeven naoorlogse elektrische NS-locomotieven uit de zogenaamde 1000-serie. Per stuk wogen die 100-ton. Gelukkig kwam er van de 258 trechterbakken, die voor vervoer van kolen werden gebruikt, ook een aanzienlijke partij "zwaar ijzer".

Wilhelmina
Een jaar of tien terug landde een oud rijtuig van koningin Wilhelmina onder Koeks slopershamer. "Het was een prachtig ding. Het interieur was een groot stuks houtsnijwerk. Zonde om het slopen, maar het was blijkbaar niet voor het spoorwegmuseum". De meeste banken en tussendeuren gaan naar het grofvuil. "Vroeger lieten we het interieur eerst uitbrandden voor we met de sloop begonnen, maar dat mag niet meer. Soms meldt zich iemand bij Koek met belangstelling voor een bank, de sloper ziet die mensen echter niet graag. "ZoŽn bank zit vast aan de wand en het is een boel werk om hem er heel uit te halen. Bovendien heeft zo bank maar aan een kant een leuning. Nee, ik wil die verkoop niet stimuleren".

Achter op de sloopwerf bevindt zich sinds vorige week een aparte berg schroot. Het aan stukken gesneden en gezaagde restant van de trein die maandag 27 december bij Rotterdam tegen de internationale trein botste wat aan drie mensen het leven kostte.
Koek: " Ik vind het een rotklus om zo iets te verwerken".